"We hebben laten zien dat we in tweede horen”
KFC Rood-Wit beleefde een moeilijk jaar, maar er was reden om te vieren. Het behoud was drie speeldagen voor het einde een feit en de coach was tevreden. “Iedereen heeft zich ingezet om ons in tweede te houden”, vertelde hij ons in een uitgebreid interview.
Stephan, bedankt dat je voor ons even tijd hebt gemaakt. Met welke doelstellingen ben je aan het seizoen begonnen?
“We waren aan het seizoen begonnen om erin te blijven, maar na drie wedstrijden zag ik dat we mee konden met ploegen die vorig jaar in de middenmoot stonden. We konden die zelfs op bepaalde momenten overklassen. Zonder de blessures had ik de ambities om terug mee te doen voor een plek in die middenmoot. Het is nu anders gelopen, maar ik vind dat iedereen ervoor geknokt heeft. We hebben 33 of 34 verschillende spelers gebruikt, iedereen heeft zich ingezet om Rood-Wit in tweede te houden.”
Heeft de bekerwedstrijd tegen SAC je doen schrikken van het niveau in tweede?
“Het was niet echt schrikken, maar het heeft me wel doen inzien dat ik het anders moest aanpakken dit jaar. Met vier spelers op het middenveld gingen we dit seizoen te kort komen en om die strijd op het middenveld niet te verliezen heb ik voor een vijfde man gekozen om een overhand te krijgen in wedstrijden. We hebben dat bewezen in de wedstrijden die we nadien tegen SAC hebben gespeeld. Elke keer werden we ook beter en beter, met als resultaat de 2-2 thuis in februari en dat met een noodploeg.”
Hoe hard is die bekeruitschakeling aangekomen?
“Dat viel eigenlijk vrij goed mee. De meesten waren ook teleurgesteld omdat het een indicatie was voor wat het seizoen zou brengen. Ik heb ook tegen de jongens gezegd dat ze niet meteen zouden ‘mee spelen’ in de reeks. Je komt van een lagere reeks, dat weten de tegenstanders ook en willen daarvan profiteren in de eerste minuten. In de bekerwedstrijd is dat nog gebeurd, maar daarna niet meer. Dan hebben we laten zien dat we in de reeks thuis horen.”
Kreeg je door die bekeruitschakeling twijfels bij de start van de competitie?
“Neen en de jongens ook niet. Het was zelfs een bevestiging om dat stapje extra te zetten en dat hebben ze ook getoond in de eerste wedstrijden van het seizoen. Bij die eerste wedstrijd, als we daar een andere doelman hebben, houden we volgens mij de punten thuis. Dat was nu niet het geval. Het uitvallen van Mathias was een probleem waarvan we wisten dat we het gingen krijgen. Rodney was dan ook nog geschorst en dat was jammer. Hij was de tweede keuze na Mathias om in doel te zetten. In het seizoen is nog gebleken dat Jarrith (Laeremans, red.) daar ook nog kan spelen.”
Matchen tegen Noorse (2-5), Harrows (2-2) en ESVO (3-1) leverden vier punten op. Hadden dat er meer moeten zijn?
“Ik had graag, voor de jongens, in die wedstrijd tegen Noorse ook iets geraapt. Alleen al voor de wedstrijd die onze jongens daar hebben gespeeld. Ik vond dat ze die drie punten ook hadden verdiend. Zoals het is aangegeven door de spelers na de wedstrijd: als we daar met een andere doelman staan, winnen we ook. Natuurlijk is het moeilijk om een certitude als Mathias te vervangen en omdat ik Rodney niet kon zetten stond Shane in doel. Al liet Guyllian ook goeie dingen zien op training en heeft die later in het seizoen ook nog onder de lat gestaan onder andere tegen OLSE.”
Zijn de problemen die Rood-Wit dit seizoen kende, met Kenny die rood pakte en het uitvallen van Lotfi, gekomen in de wedstrijd tegen ESVO?
“Het probleem met de scheidsrechters sowieso. De weken nadien hebben we hard moeten bewijzen dat we geen rancune naar de bond toe hadden. Dat was een wedstrijd die uit de hand is gelopen ook door de scheidsrechter die dat heeft toegelaten. Die eerste twintig minuten laat hij die ploeg schoppen en daar heb ik ook een kaart gepakt als coach. Daarna begon hij beter te fluiten en was een kanteling merkbaar. Nadien hadden we nog last van slechte scheidsrechters die door de bond werden gestuurd. We zijn erin gebleven, we hebben ons verweerd en ik hoop dat de groep volgend jaar de pannen van het dak speelt.”
Stephan, bedankt dat je voor ons even tijd hebt gemaakt. Met welke doelstellingen ben je aan het seizoen begonnen?
“We waren aan het seizoen begonnen om erin te blijven, maar na drie wedstrijden zag ik dat we mee konden met ploegen die vorig jaar in de middenmoot stonden. We konden die zelfs op bepaalde momenten overklassen. Zonder de blessures had ik de ambities om terug mee te doen voor een plek in die middenmoot. Het is nu anders gelopen, maar ik vind dat iedereen ervoor geknokt heeft. We hebben 33 of 34 verschillende spelers gebruikt, iedereen heeft zich ingezet om Rood-Wit in tweede te houden.”
Heeft de bekerwedstrijd tegen SAC je doen schrikken van het niveau in tweede?
“Het was niet echt schrikken, maar het heeft me wel doen inzien dat ik het anders moest aanpakken dit jaar. Met vier spelers op het middenveld gingen we dit seizoen te kort komen en om die strijd op het middenveld niet te verliezen heb ik voor een vijfde man gekozen om een overhand te krijgen in wedstrijden. We hebben dat bewezen in de wedstrijden die we nadien tegen SAC hebben gespeeld. Elke keer werden we ook beter en beter, met als resultaat de 2-2 thuis in februari en dat met een noodploeg.”
Hoe hard is die bekeruitschakeling aangekomen?
“Dat viel eigenlijk vrij goed mee. De meesten waren ook teleurgesteld omdat het een indicatie was voor wat het seizoen zou brengen. Ik heb ook tegen de jongens gezegd dat ze niet meteen zouden ‘mee spelen’ in de reeks. Je komt van een lagere reeks, dat weten de tegenstanders ook en willen daarvan profiteren in de eerste minuten. In de bekerwedstrijd is dat nog gebeurd, maar daarna niet meer. Dan hebben we laten zien dat we in de reeks thuis horen.”
Kreeg je door die bekeruitschakeling twijfels bij de start van de competitie?
“Neen en de jongens ook niet. Het was zelfs een bevestiging om dat stapje extra te zetten en dat hebben ze ook getoond in de eerste wedstrijden van het seizoen. Bij die eerste wedstrijd, als we daar een andere doelman hebben, houden we volgens mij de punten thuis. Dat was nu niet het geval. Het uitvallen van Mathias was een probleem waarvan we wisten dat we het gingen krijgen. Rodney was dan ook nog geschorst en dat was jammer. Hij was de tweede keuze na Mathias om in doel te zetten. In het seizoen is nog gebleken dat Jarrith (Laeremans, red.) daar ook nog kan spelen.”
Matchen tegen Noorse (2-5), Harrows (2-2) en ESVO (3-1) leverden vier punten op. Hadden dat er meer moeten zijn?
“Ik had graag, voor de jongens, in die wedstrijd tegen Noorse ook iets geraapt. Alleen al voor de wedstrijd die onze jongens daar hebben gespeeld. Ik vond dat ze die drie punten ook hadden verdiend. Zoals het is aangegeven door de spelers na de wedstrijd: als we daar met een andere doelman staan, winnen we ook. Natuurlijk is het moeilijk om een certitude als Mathias te vervangen en omdat ik Rodney niet kon zetten stond Shane in doel. Al liet Guyllian ook goeie dingen zien op training en heeft die later in het seizoen ook nog onder de lat gestaan onder andere tegen OLSE.”
Zijn de problemen die Rood-Wit dit seizoen kende, met Kenny die rood pakte en het uitvallen van Lotfi, gekomen in de wedstrijd tegen ESVO?
“Het probleem met de scheidsrechters sowieso. De weken nadien hebben we hard moeten bewijzen dat we geen rancune naar de bond toe hadden. Dat was een wedstrijd die uit de hand is gelopen ook door de scheidsrechter die dat heeft toegelaten. Die eerste twintig minuten laat hij die ploeg schoppen en daar heb ik ook een kaart gepakt als coach. Daarna begon hij beter te fluiten en was een kanteling merkbaar. Nadien hadden we nog last van slechte scheidsrechters die door de bond werden gestuurd. We zijn erin gebleven, we hebben ons verweerd en ik hoop dat de groep volgend jaar de pannen van het dak speelt.”
Hoe belangrijk was het uitvallen van Lotfi?
“Voor de groep was dit een klap, al viel het in de eerste wedstrijden nog mee. Nadien voelden ze ook dat het aanspeelpunt en het rustpunt voorin weg was. Uiteindelijk was dat ook een adempunt vorig jaar. Hij is goed begonnen omdat hij meer in groep ging spelen en dat deed mij nog meer plezier. Dat was iets dat ik hem duidelijk had gemaakt. Hoe hoger je gaat, hoe meer je de groep nodig hebt. Hij heeft dat meegenomen en werkte daar ook aan. Voor de groep was het een zwaar verlies waar ik de eerste weken heb op moeten inspreken. Niet alles hangt af van een speler en dat je als groep ook veel kan bereiken. Dat hebben ze goed opgevangen.”
Eén week later zou de scheids een hoofdrol opeisen tegen Groenendaal (3-3). Het kostte Rood-Wit twee punten.
“Enerzijds liet de scheidsrechter te lang overspelen en anderzijds floot hij fases verkeerd, waardoor de tegenstander kon beginnen drukken. Daar heb ik de jongens geen verwijt voor gemaakt, want dat ligt aan de scheids. Daar kan je weinig aan veranderen op dat moment.”
Rood-Wit stond nooit laatste. Daarvoor was het spel te goed en de puntenoogst te mager, mogen we dat zo concluderen? Of is het eerder: er waren gelukkig nog ploegen zwakker dan ons?
“Dat we nooit laatste hebben gestaan, heeft ermee te maken dat we niet de slechtste ploeg uit de reeks waren. Dat hebben we daarna nog bewezen tegen ESVO met een halve noodploeg. Ik denk dat ik toen nog kapitein was, wat niet mijn beslissing was. Er waren te veel belangrijke spelers niet bij en Jarrith was toen onderkapitein. Daar waren iets te weinig verantwoordelijke spelers of spelers die dat konden doen met een goeie mentaliteit.”
Matchen tegen Deurne OB (0-2), Atlético Turco (3-3) en Bart (3-1) zouden zeven punten opleveren. De weg naar de redding was ingezet. Vooral het puntje tegen Atlético Turco heeft ongetwijfeld voor heel veel vertrouwen gezorgd, want met een C-ploeg?
“Op Atlético Turco heb ik gekozen om in blok te spelen. We kenden de ploeg van vorig jaar en dat hebben we toen zo gedaan. Toen hadden zij nog een goeie spits lopen. We hebben daar ook het geluk gehad dat hun doelman er niet bij was. We zijn daar ons punt, onverwacht, gaan halen. We hebben nooit echt laatste gestaan. Dat is een pluspunt geweest voor zowel mij als voor de groep.”
Heeft die wedstrijd, meer dan welke andere wedstrijd dit jaar, de kracht en de leuze van Rood-Wit getoond?
“Er waren nog wedstrijden waarin we met een halve B-ploeg hebben gestaan. Dat is onze kracht geweest dit seizoen. Dankzij de hulp van Dirk Papanikitas om met de tweede ploeg forfait te geven en er zo voor te zorgen dat onze eerste ploeg aangevuld bleef, alsook de jongens van de derde ploeg die mee hebben geholpen. We hebben toch een vrij goed seizoen gedraaid.”
Ondanks dat vertrouwen, ging het daarna wel mis: nul op vijftien en een kans laten liggen om door te groeien. Maar jongens vielen ook continu geblesseerd uit. Heeft dat de groep gedestabiliseerd?
“Je zit met veel geblesseerden. Als ik de top-vijf van Speler van het Jaar van vorig jaar bekijk: Kenny valt uit met een schorsing, Mathias, Bart Fredrickx en Ahmed vielen geblesseerd uit tijdens het seizoen. Dat zijn allemaal bepalende jongens. Desondanks heeft dat de groep juist dichter bij elkaar gebracht. Ik denk dat we, meer dan vorig jaar, een groep hebben gevormd. Naar volgend jaar toe hoop ik dat ze de groep kunnen behouden en dat ze er vol voor blijven gaan.”
Tegen Harrows (1-2) ging het ook mis in de laatste minuten, waardoor een puntje werd weggegeven. Het zou niet bij die keer blijven, want ook tegen Groenendaal ging het tot twee keer toe mis in de slotfase. Hoe komt dat?
“Slotfases zijn altijd gevaarlijk. Dat weet iedereen. Een ploeg die slechts één doelpuntje achter staat, of gelijk staat, gaan drukken om toch nog iets te rapen. Harrows is een ploeg die je negentig tot vijfennegentig minuten in het oog moet houden. Zij hebben het nu goed uitgespeeld in de slotfase. Vorig jaar hebben we het verschillende keren wél goed aangepakt. De ene wedstrijd is de andere niet en de ene reeks is de andere niet. Het is jammer dat we die punten verliezen. Maar het is niet echt erg geweest want we zijn gered.”
Tegen SAC (2-2) werd een puntje gepakt op mentaliteit en vechtlust.
“Ik denk dat het lang geleden is dat ik twee wedstrijden op een rij heb gespeeld. Ik moet eerlijk bekennen: het laatste kwartier was voor mij te veel. Ik ben toen op mijn knieën gaan zitten met de handen in de lucht om zo snel mogelijk het einde van de wedstrijd te halen. Voor mij was het een verademing. Daar hebben we een stap gezet als groep en dat vond ik belangrijk.”
De tweede en de derde ploeg hielpen geregeld de eerste ploeg uit de nood. Zo zijn de topschutters van de eerste ploeg spelers van de tweede en de derde ploeg. Dat moet ongetwijfeld deugd doen?
“Dat wil zeggen dat er aansluiting is met de tweede en de derde ploeg en dat er jongens bereid zijn om de eerste ploeg verder te helpen. Voor mij is het plezant die mee willen werken en dat niemand zijn hoofd laat hangen. Ik heb de jongens ook iedere keer bedankt dat ze dat wilden doen.”
Tegen Bart (1-3) stelde je met Rood-Wit het behoud veilig in tweede afdeling.
“Uiteindelijk zijn we achteraf die punten nog kwijtgespeeld jammer genoeg. Daar hadden we de punten ook te danken aan de jongen die er ook voor heeft gezorgd dat we ze niet kregen. Ijan speelde daar een hele goeie wedstrijd en was daarin bepalend met een assist en een doelpunt. Ik wist dat we hem daar nodig gingen hebben. Jammer genoeg pakte hij daar ook een kaartje waardoor het opviel bij de bond. Jammer, want tegen Atlético Turco speelde hij ook en dat puntje werd ons niet afgepakt.”
Mochten we, als promovendus en de problemen (qua blessures en schorsingen) die we kenden, niets hoger ambiëren?
“Vooral de schorsingen, daar moeten we op letten. Het kost de club veel geld en het is jammer voor de eerste ploeg dat er bepalende spelers uitvielen. Ik denk aan Rodney en Yannis die een paar schorsingen hebben gehad. Dat zijn bepalende spelers die je moet missen. Hier moeten we als groep in de toekomst aan werken. Langs de andere kant: als je een kaart moet pakken voor de ploeg, dan doe je dat. Ik ben dit jaar ook geschorst geweest, het was mijn eerste keer in heel mijn carrière. Ook omdat ik de kaarten heb gepakt die ik moest pakken.”
Als afsluiter speelde je nog twee wedstrijden tegen de kampioen en de derde in de stand. Het leverde een hoop frustratie op denk ik? Vooral tegen Vlug Vooruit ging het een en het ander mis.
“Die frustratie is tijdens de wedstrijd. Na de match probeer ik vooral de jongens te sussen en te zeggen dat ze hun werk hebben gedaan. Het is jammer dat er zulke beslissingen worden genomen, maar dat is nu eenmaal voetbal en je kan daar niets aan veranderen. Ik hoop dat ik deze mentaliteit heb kunnen overbrengen naar de groep en dat er minder schorsingen zijn.”
“Voor de groep was dit een klap, al viel het in de eerste wedstrijden nog mee. Nadien voelden ze ook dat het aanspeelpunt en het rustpunt voorin weg was. Uiteindelijk was dat ook een adempunt vorig jaar. Hij is goed begonnen omdat hij meer in groep ging spelen en dat deed mij nog meer plezier. Dat was iets dat ik hem duidelijk had gemaakt. Hoe hoger je gaat, hoe meer je de groep nodig hebt. Hij heeft dat meegenomen en werkte daar ook aan. Voor de groep was het een zwaar verlies waar ik de eerste weken heb op moeten inspreken. Niet alles hangt af van een speler en dat je als groep ook veel kan bereiken. Dat hebben ze goed opgevangen.”
Eén week later zou de scheids een hoofdrol opeisen tegen Groenendaal (3-3). Het kostte Rood-Wit twee punten.
“Enerzijds liet de scheidsrechter te lang overspelen en anderzijds floot hij fases verkeerd, waardoor de tegenstander kon beginnen drukken. Daar heb ik de jongens geen verwijt voor gemaakt, want dat ligt aan de scheids. Daar kan je weinig aan veranderen op dat moment.”
Rood-Wit stond nooit laatste. Daarvoor was het spel te goed en de puntenoogst te mager, mogen we dat zo concluderen? Of is het eerder: er waren gelukkig nog ploegen zwakker dan ons?
“Dat we nooit laatste hebben gestaan, heeft ermee te maken dat we niet de slechtste ploeg uit de reeks waren. Dat hebben we daarna nog bewezen tegen ESVO met een halve noodploeg. Ik denk dat ik toen nog kapitein was, wat niet mijn beslissing was. Er waren te veel belangrijke spelers niet bij en Jarrith was toen onderkapitein. Daar waren iets te weinig verantwoordelijke spelers of spelers die dat konden doen met een goeie mentaliteit.”
Matchen tegen Deurne OB (0-2), Atlético Turco (3-3) en Bart (3-1) zouden zeven punten opleveren. De weg naar de redding was ingezet. Vooral het puntje tegen Atlético Turco heeft ongetwijfeld voor heel veel vertrouwen gezorgd, want met een C-ploeg?
“Op Atlético Turco heb ik gekozen om in blok te spelen. We kenden de ploeg van vorig jaar en dat hebben we toen zo gedaan. Toen hadden zij nog een goeie spits lopen. We hebben daar ook het geluk gehad dat hun doelman er niet bij was. We zijn daar ons punt, onverwacht, gaan halen. We hebben nooit echt laatste gestaan. Dat is een pluspunt geweest voor zowel mij als voor de groep.”
Heeft die wedstrijd, meer dan welke andere wedstrijd dit jaar, de kracht en de leuze van Rood-Wit getoond?
“Er waren nog wedstrijden waarin we met een halve B-ploeg hebben gestaan. Dat is onze kracht geweest dit seizoen. Dankzij de hulp van Dirk Papanikitas om met de tweede ploeg forfait te geven en er zo voor te zorgen dat onze eerste ploeg aangevuld bleef, alsook de jongens van de derde ploeg die mee hebben geholpen. We hebben toch een vrij goed seizoen gedraaid.”
Ondanks dat vertrouwen, ging het daarna wel mis: nul op vijftien en een kans laten liggen om door te groeien. Maar jongens vielen ook continu geblesseerd uit. Heeft dat de groep gedestabiliseerd?
“Je zit met veel geblesseerden. Als ik de top-vijf van Speler van het Jaar van vorig jaar bekijk: Kenny valt uit met een schorsing, Mathias, Bart Fredrickx en Ahmed vielen geblesseerd uit tijdens het seizoen. Dat zijn allemaal bepalende jongens. Desondanks heeft dat de groep juist dichter bij elkaar gebracht. Ik denk dat we, meer dan vorig jaar, een groep hebben gevormd. Naar volgend jaar toe hoop ik dat ze de groep kunnen behouden en dat ze er vol voor blijven gaan.”
Tegen Harrows (1-2) ging het ook mis in de laatste minuten, waardoor een puntje werd weggegeven. Het zou niet bij die keer blijven, want ook tegen Groenendaal ging het tot twee keer toe mis in de slotfase. Hoe komt dat?
“Slotfases zijn altijd gevaarlijk. Dat weet iedereen. Een ploeg die slechts één doelpuntje achter staat, of gelijk staat, gaan drukken om toch nog iets te rapen. Harrows is een ploeg die je negentig tot vijfennegentig minuten in het oog moet houden. Zij hebben het nu goed uitgespeeld in de slotfase. Vorig jaar hebben we het verschillende keren wél goed aangepakt. De ene wedstrijd is de andere niet en de ene reeks is de andere niet. Het is jammer dat we die punten verliezen. Maar het is niet echt erg geweest want we zijn gered.”
Tegen SAC (2-2) werd een puntje gepakt op mentaliteit en vechtlust.
“Ik denk dat het lang geleden is dat ik twee wedstrijden op een rij heb gespeeld. Ik moet eerlijk bekennen: het laatste kwartier was voor mij te veel. Ik ben toen op mijn knieën gaan zitten met de handen in de lucht om zo snel mogelijk het einde van de wedstrijd te halen. Voor mij was het een verademing. Daar hebben we een stap gezet als groep en dat vond ik belangrijk.”
De tweede en de derde ploeg hielpen geregeld de eerste ploeg uit de nood. Zo zijn de topschutters van de eerste ploeg spelers van de tweede en de derde ploeg. Dat moet ongetwijfeld deugd doen?
“Dat wil zeggen dat er aansluiting is met de tweede en de derde ploeg en dat er jongens bereid zijn om de eerste ploeg verder te helpen. Voor mij is het plezant die mee willen werken en dat niemand zijn hoofd laat hangen. Ik heb de jongens ook iedere keer bedankt dat ze dat wilden doen.”
Tegen Bart (1-3) stelde je met Rood-Wit het behoud veilig in tweede afdeling.
“Uiteindelijk zijn we achteraf die punten nog kwijtgespeeld jammer genoeg. Daar hadden we de punten ook te danken aan de jongen die er ook voor heeft gezorgd dat we ze niet kregen. Ijan speelde daar een hele goeie wedstrijd en was daarin bepalend met een assist en een doelpunt. Ik wist dat we hem daar nodig gingen hebben. Jammer genoeg pakte hij daar ook een kaartje waardoor het opviel bij de bond. Jammer, want tegen Atlético Turco speelde hij ook en dat puntje werd ons niet afgepakt.”
Mochten we, als promovendus en de problemen (qua blessures en schorsingen) die we kenden, niets hoger ambiëren?
“Vooral de schorsingen, daar moeten we op letten. Het kost de club veel geld en het is jammer voor de eerste ploeg dat er bepalende spelers uitvielen. Ik denk aan Rodney en Yannis die een paar schorsingen hebben gehad. Dat zijn bepalende spelers die je moet missen. Hier moeten we als groep in de toekomst aan werken. Langs de andere kant: als je een kaart moet pakken voor de ploeg, dan doe je dat. Ik ben dit jaar ook geschorst geweest, het was mijn eerste keer in heel mijn carrière. Ook omdat ik de kaarten heb gepakt die ik moest pakken.”
Als afsluiter speelde je nog twee wedstrijden tegen de kampioen en de derde in de stand. Het leverde een hoop frustratie op denk ik? Vooral tegen Vlug Vooruit ging het een en het ander mis.
“Die frustratie is tijdens de wedstrijd. Na de match probeer ik vooral de jongens te sussen en te zeggen dat ze hun werk hebben gedaan. Het is jammer dat er zulke beslissingen worden genomen, maar dat is nu eenmaal voetbal en je kan daar niets aan veranderen. Ik hoop dat ik deze mentaliteit heb kunnen overbrengen naar de groep en dat er minder schorsingen zijn.”
Weet jij hoeveel strafschoppen we dit seizoen hebben tegen gehad?
“Elf of twaalf?”
Het waren er zestien. Hoeveel heeft Rood-Wit er gekregen?
“Een of twee?”
Het waren er twee en minstens zes fases waren discutabel. Daar kon/moest de bal op de stip. Moeten wij daar slimmer/sluwer in worden?
“Dat heeft ook te maken met de scheidsrechter te bespelen en dat leer je op latere leeftijd. Ik heb in het begin van mijn carrière ook heel wat fouten tegen gekregen en ik heb dat kunnen oplossen door in te spelen op de scheidsrechter tijdens de wedstrijd. Je moet bijvoorbeeld altijd de ogen op de bal houden en niet op de speler. Dat zijn van die kleine puntjes die ik aan een aantal spelers heb doorgegeven. Lotfi en Rodney zijn twee spelers die dat al goed begrepen hebben. Hierin moeten we misschien toch nog iets slimmer in worden met de jaren. Je kan niet verwachten van jonge gasten dat ze dezelfde sluwheid hebben als een oudere speler. We moeten ook positiever blijven naar de scheidsrechter toe. Dan krijg je meer fouten in het voordeel en dat moeten we met zijn allen leren. Dit moet als groep gebeuren. Als er een iemand ontploft, gaan er een aantal mee in die strijd. Ik heb vertrouwen in alle jongens, dus ik ben wel zeker dat het goedkomt.”
Was dit het seizoen dat je voor ogen had?
“Voor ik aan het seizoen begon had ik de blessures wel niet meegerekend. Uiteindelijk hebben we bereikt wat we wilden bereiken en hebben we stappen gezet als groep. Voor de jongens die zijn uitgevallen hebben andere dat gat goed opgevuld. Dat wil zeggen dat we naar volgend seizoen toe misschien een goeie groep hebben. Ik hoop dat ze top-vijf of top-drie spelen.”
Volgend jaar, is dat dan met Stephan Roelants aan de zijlijn?
“Nee, niet als coach. Ik blijf sowieso binnen de club en in de buurt, maar andere prioriteiten krijgen voorrang. Mijn vriendin is zwanger en ik wil mijn tijd steken in het kindje dat komt en de drukste periode van de competitie valt net op het moment van de bevalling. Dan moet je kiezen. Ik ben iemand die ergens helemaal voor gaat ofwel niet. Ik heb nu voor het kindje gekozen en bijgevolg voor een sabbatjaar. We zullen zien of ik nadien nog kan terugkomen als coach.”
De voorzitter sprak in het interview na de wedstrijd tegen Vlug Vooruit dat spelers meer moeten komen trainen. Sta jij daar achter als coach?
“Daar sta ik ook achter, maar je hebt ook spelers die mee trainden als anderen erbij waren. Lotfi was bijvoorbeeld iemand die er elke week stond. Die valt dan uit, dan zag je een Imad minder komen. Bart Fredrickx viel dan geblesseerd uit, die zag je dan ook minder verschijnen op training. Een Yannick Flumens kwam ook wanneer hij kon, want met hun kindje en het huis was het ook daar een drukke periode. Alle begrip voor de jongens, jammer dat andere jongens hun hoofd lieten hangen. Wie weet wat we nog hadden kunnen bereiken mocht iedereen zijn komen trainen.”
Worden er grotere veranderingen verwacht binnen de spelerskern?
“Dat hangt van de coach af die overneemt. Ik denk niet dat je grote veranderingen kan doorvoeren, maar ik hoop wel dat Nick Mariën meer aan kan schuiven bij de eerste ploeg. Ook een Mathew Coorman kan zich doorzetten bij de eerste ploeg, maar die kiest ervoor om met vrienden te spelen bij de tweede ploeg.”
Ben je bang dat spelers afhaken omdat jij geen trainer meer bent?
“Bang is een groot woord, maar ik hoop dat niemand hierdoor niet meer komt. De jongens moeten allemaal de ambitie blijven hebben om bij de eerste ploeg van Rood-Wit te spelen. Ik hoop dat de terugkeer van Lotfi en Bart Fredrickx een rustgevoel kunnen brengen in de groep en dat er niemand vertrekt. Ik heb ook al met Imad gesproken, die begrijpt dat ik mijn tijd er niet kan insteken. Ik hoop dat iedereen blijft zodanig dat we de komende jaren kunnen blijven werken aan de verjonging en de groep kunnen behouden.”
Wie zie jij als jou opvolger?
“(denkt na) Diegene die dat eventueel kan doen is Dirk Papanikitas, maar wellicht zal hij het niet doen. Ik dacht even aan Kenny Massart, maar ik hoorde al dat hij vertrok bij Rood-Wit. Dat is dus geen optie. Misschien een Dave Haenen, al speelt hij zelf nog graag. Misschien verrast mijn pa wel en wordt hij mijn opvolger. We zien wat er uit de bus komt. De nieuwe coach heeft nu al mijn steun en als hij mijn hulp nodig heeft, dan vindt hij mij wel.”
Wat is voor jou de grootste verrassing? De zestien verschillende doelpuntenmakers of de vijf doelmannen die Rood-Wit dit seizoen gebruikte?
“De verschillende doelpuntenmakers toch. We wisten dat we een doelmannenprobleem gingen hebben dit seizoen. Ik had ook niet verwacht dat ik er effectief vijf zou gebruiken. Maar de verschillende doelpuntenmakers is een grotere verrassing. Dat toont de wilskracht van iedereen dit seizoen. Dat heeft ook te maken met het wegvallen van Lotfi. Hij was een groot verlies qua gevaar voor doel en een aantal doelpunten. Ze hebben het als groep goed opgevangen dit jaar. Chapeau voor de jongens.”
Bedankt voor je tijd, coach!
“Elf of twaalf?”
Het waren er zestien. Hoeveel heeft Rood-Wit er gekregen?
“Een of twee?”
Het waren er twee en minstens zes fases waren discutabel. Daar kon/moest de bal op de stip. Moeten wij daar slimmer/sluwer in worden?
“Dat heeft ook te maken met de scheidsrechter te bespelen en dat leer je op latere leeftijd. Ik heb in het begin van mijn carrière ook heel wat fouten tegen gekregen en ik heb dat kunnen oplossen door in te spelen op de scheidsrechter tijdens de wedstrijd. Je moet bijvoorbeeld altijd de ogen op de bal houden en niet op de speler. Dat zijn van die kleine puntjes die ik aan een aantal spelers heb doorgegeven. Lotfi en Rodney zijn twee spelers die dat al goed begrepen hebben. Hierin moeten we misschien toch nog iets slimmer in worden met de jaren. Je kan niet verwachten van jonge gasten dat ze dezelfde sluwheid hebben als een oudere speler. We moeten ook positiever blijven naar de scheidsrechter toe. Dan krijg je meer fouten in het voordeel en dat moeten we met zijn allen leren. Dit moet als groep gebeuren. Als er een iemand ontploft, gaan er een aantal mee in die strijd. Ik heb vertrouwen in alle jongens, dus ik ben wel zeker dat het goedkomt.”
Was dit het seizoen dat je voor ogen had?
“Voor ik aan het seizoen begon had ik de blessures wel niet meegerekend. Uiteindelijk hebben we bereikt wat we wilden bereiken en hebben we stappen gezet als groep. Voor de jongens die zijn uitgevallen hebben andere dat gat goed opgevuld. Dat wil zeggen dat we naar volgend seizoen toe misschien een goeie groep hebben. Ik hoop dat ze top-vijf of top-drie spelen.”
Volgend jaar, is dat dan met Stephan Roelants aan de zijlijn?
“Nee, niet als coach. Ik blijf sowieso binnen de club en in de buurt, maar andere prioriteiten krijgen voorrang. Mijn vriendin is zwanger en ik wil mijn tijd steken in het kindje dat komt en de drukste periode van de competitie valt net op het moment van de bevalling. Dan moet je kiezen. Ik ben iemand die ergens helemaal voor gaat ofwel niet. Ik heb nu voor het kindje gekozen en bijgevolg voor een sabbatjaar. We zullen zien of ik nadien nog kan terugkomen als coach.”
De voorzitter sprak in het interview na de wedstrijd tegen Vlug Vooruit dat spelers meer moeten komen trainen. Sta jij daar achter als coach?
“Daar sta ik ook achter, maar je hebt ook spelers die mee trainden als anderen erbij waren. Lotfi was bijvoorbeeld iemand die er elke week stond. Die valt dan uit, dan zag je een Imad minder komen. Bart Fredrickx viel dan geblesseerd uit, die zag je dan ook minder verschijnen op training. Een Yannick Flumens kwam ook wanneer hij kon, want met hun kindje en het huis was het ook daar een drukke periode. Alle begrip voor de jongens, jammer dat andere jongens hun hoofd lieten hangen. Wie weet wat we nog hadden kunnen bereiken mocht iedereen zijn komen trainen.”
Worden er grotere veranderingen verwacht binnen de spelerskern?
“Dat hangt van de coach af die overneemt. Ik denk niet dat je grote veranderingen kan doorvoeren, maar ik hoop wel dat Nick Mariën meer aan kan schuiven bij de eerste ploeg. Ook een Mathew Coorman kan zich doorzetten bij de eerste ploeg, maar die kiest ervoor om met vrienden te spelen bij de tweede ploeg.”
Ben je bang dat spelers afhaken omdat jij geen trainer meer bent?
“Bang is een groot woord, maar ik hoop dat niemand hierdoor niet meer komt. De jongens moeten allemaal de ambitie blijven hebben om bij de eerste ploeg van Rood-Wit te spelen. Ik hoop dat de terugkeer van Lotfi en Bart Fredrickx een rustgevoel kunnen brengen in de groep en dat er niemand vertrekt. Ik heb ook al met Imad gesproken, die begrijpt dat ik mijn tijd er niet kan insteken. Ik hoop dat iedereen blijft zodanig dat we de komende jaren kunnen blijven werken aan de verjonging en de groep kunnen behouden.”
Wie zie jij als jou opvolger?
“(denkt na) Diegene die dat eventueel kan doen is Dirk Papanikitas, maar wellicht zal hij het niet doen. Ik dacht even aan Kenny Massart, maar ik hoorde al dat hij vertrok bij Rood-Wit. Dat is dus geen optie. Misschien een Dave Haenen, al speelt hij zelf nog graag. Misschien verrast mijn pa wel en wordt hij mijn opvolger. We zien wat er uit de bus komt. De nieuwe coach heeft nu al mijn steun en als hij mijn hulp nodig heeft, dan vindt hij mij wel.”
Wat is voor jou de grootste verrassing? De zestien verschillende doelpuntenmakers of de vijf doelmannen die Rood-Wit dit seizoen gebruikte?
“De verschillende doelpuntenmakers toch. We wisten dat we een doelmannenprobleem gingen hebben dit seizoen. Ik had ook niet verwacht dat ik er effectief vijf zou gebruiken. Maar de verschillende doelpuntenmakers is een grotere verrassing. Dat toont de wilskracht van iedereen dit seizoen. Dat heeft ook te maken met het wegvallen van Lotfi. Hij was een groot verlies qua gevaar voor doel en een aantal doelpunten. Ze hebben het als groep goed opgevangen dit jaar. Chapeau voor de jongens.”
Bedankt voor je tijd, coach!